1918 : Het einde van de oorlog
Een uitgelaten massa verzamelt op de Grote Markt. Op 17 november 1918 vieren tienduizenden Brusselaars de terugkeer van burgemeester Adolphe Max. Dit icoon van het patriottische verzet keert naar de hoofdstad terug na vier jaar gevangenschap in Duitsland. Het is een beslissend moment in de woelige bevrijding van Brussel: eindelijk kan de normaliteit terugkeren.
De voorgaande dagen waren uiterst turbulent. De overgangsperiode staat synoniem voor verwarring: het is geen oorlog meer, maar er heerst evenmin vrede. Geen enkele politiemacht is in staat om de openbare orde te handhaven. Terwijl de vijand zich nog in Brussel bevindt, steken Belgen Duitse winkels en krantenkiosken in brand. Na het vertrek van de Duitsers richt het geweld zich op de “interne vijanden”, die ervan verdacht worden gecollaboreerd te hebben. Oorlogsprofiteurs, activisten en verklikkers vallen ten prooi aan de volkswraak. Vrouwen die ervan verdacht worden een relatie gehad te hebben met de vijand, worden in het openbaar kaalgeschoren.
